Lagenbenadering
In de lagenbenadering wordt onderscheid gemaakt tussen de occupatie, de netwerken en de ondergrond. Met de toepassing van deze benadering in de planontwikkeling werd bereikt dat de ondergrond (bodem, water, natuur) een zwaarder accent kreeg. Deze benadering wordt veel toegepast.
De ontwikkeling van de lagenbenadering kent een lange geschiedenis. In de landschapskunde werd de triplexbenadering ontwikkeld.
Daarop werd breed voortgeborduurd in de studie 'Multiplex' (1990). Hierin werd het 'onderliggend systeem' op nationaal niveau opnieuw gedefinieerd. Bij de ontwikkeling van het beleid voor de landelijke gebieden werden water, bodem, ecosysteem en landschap als onderlegger voor het ruimtelijk beleid benaderd. Ook werd aangegeven dat het zinnig is om een onderscheid te maken tussen functies die afhankelijk zijn van de stabiliteit van een plek en lange ontwikkelingstijden en functies die een hoge mate van ruimteljke dynamiek genereren en/of flexibeler zijn in hun plaatskeuze.
Op basis van deze gedachte is voor de landschapsplanning de 'casco-benadering' ontwikkeld. Daarin wordt een onderscheid gemaakt tussen functies die een lange ontwikkelingstijd nodig hebben (de laag-dynamische functies) en functies die snel op veranderingen moeten kunnen inspelen (de hoog-dynamische functies). De laag-dynamische functies zouden in een landschappelijk raamwerk geplaatst moeten worden, zodat ruimte voor flexibiliteit ontaat in de gebruiksruimten (zie ook: Het casco-concept, een benaderingswijze voor de landschapsplanning, Sijmons, 1991).
In de voorbereiding van de Vijfde Nota werd gekozen voor het onderscheiden van drie lagen: ondergrond, netwerken en occupatie. In de beschrijving wordt gewezen op het verschil in ontwikkelingstijden. Vanuit diverse hoeken werd kritiek geleverd op de Vijfde Nota omdat het verband tussen de beschrijving van de lagen en het beleid zou ontbreken. De SER pleitte daarbij voor het hanteren van organiserende principes : 'het geheel van functionele samenhangen, passend in de lagenbenadering waaraan een ruimtestructurerende werking wordt toegekend'. Daarbij werd verwezen naar de Strategie van de Twee Netwerken (bron: Plannen met principes, 2003).
Inmiddels wordt de lagenbenadering toegepast op verschillende schaalniveau's en vinden verfijningen plaats om zo goed mogelijk aan te sluiten op de wensen en problemen per gebied.