Integratie
‘Het geheel is meer dan de som der delen' is een gevleugelde uitspraak in de ruimtelijke ordening. Hieraan ontleent de RO ook zijn inhoudelijk bestaansrecht. Er wordt ruimtelijke 'meerwaarde' gecreëerd. Voor de invulling daarvan zijn in de loop van de jaren verschillende accenten gelegd en verschillende integrerende concepten uitgewerkt.
In de jaren zeventig was het Systeemdenken de basis voor de samenwerking tussen alle disciplines binnen de Rijksplanologische Dienst. Velen werden bovendien geïnspireerd door de Relatietheorie, waarin algemeen geldende verbanden tussen ruimte en tijd werden gelegd.
Daarbij kwam ook de vraag aan de orde of en hoe functies ruimtelijk gecombineerd dan wel gescheiden moeten worden. In de Derde Nota RO was dat de ingang voor de zonering landelijk gebied.
In de Vierde Nota RO werd het begrip 'ruimtelijke kwaliteit' geïntroduceerd. Over de waarde van deze benadering werd en wordt verschillend gedacht. Voor sommigen was het te abstract voor anderen leverde het houvast voor de planontwikkeling.
In de Vierde Nota Extra werd het koersenbeleid gepresenteerd als integratiekader voor de ontwikkelingen in het landelijk gebied.
In de voorbereiding van de Vijfde Nota RO werden de 'strategie van de twee netwerken' en de 'lagenbenadering' uitgewerkt en toegepast. In de Nota Ruimte is de meerwaarde van de lagenbenadering bevestigd.
Met de decentralisatie van het ruimtelijk beleid in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is het accent komen te liggen op de beschrijving van de afzonderlijke rijksopgaven. We zien een verschuiving naar het realiseren van meerwaarden in gebiedsontwikkeling.