In de Nota Landelijke Gebieden (deel a / 1977) werd voor twee gebieden gekozen voor verweving van functies: stad/land en natuur/landbouw.
In een latere fase werd ook de verweving tussen stad en natuur toegevoegd.
In de Ruimtelijke Verkenningen 1990 (RPD) werden de vormen van verweving tussen landbouw en natuur op een rij gezet. Hoewel zeer verschillend is steeds sprake van het beheer van twee functies binnen één agrarisch bedrijf. Dit is een essentieel criterium. Immers, als we een gebied op een iets hoger schaalniveau bekijken, zien we al gauw verschillende vormen van ruimtegebruik (functies) naast elkaar. Men spreekt dan snel van menging, combinatie etc. Maar van meervoudige doelstellingen bij één beheerder is dan geen sprake.