Veenweidegebieden
De veenweidegebieden zijn een schoolvoorbeeld van de grenzen van de maakbaarheid van 'onze' omgeving. Hier beperkt de ondergrond de occupatie. Het is tot nu toe niet gelukt om het ruimtegebruik, bodem, natuur en water op een harmonieuze en duurzame manier samen te brengen. Perspectief wordt gezocht in maatwerk per gebied en in de toepassing van onderwaterdrainage.
De veenweidegebieden in het Groene Hart van de Randstad vormen al decennia lang een vrijwel onoplosbaar probleem van ruimtegebruik, water en bodem. Eigenlijk speelt het al eeuwen. Door de verlaging van het grondwaterpeil 'verbrandt' het veen en daalt de bodem. Daarmee zal op den duur het karakteristieke veenweidelandschap verdwijnen. De oxidatie van het veen draagt bovendien belangrijk bij aan de klimaatverandering.
Op verschillende manieren is geprobeerd oplossingen te formuleren. In de Vierde Nota werd daarbij het accent gelegd op afspraken over het peilbeheer. Later werd duidelijk dat het versnipperd gebruik van deze gebieden tot steeds lastiger problemen leidt.
In het rapport "Naar een klimaatbestendig Groene Hart" (2007) worden mogelijke perspectieven beschreven voor het reageren op deze ontwikkelingen. Het gaat om principes zoals hiernaast weergegeven. Daarnaast worden enkele integrale scenario's geschetst, zoals hieronder verbeeld.
In de afgelopen periode zijn de perspectieven van de toepassing van onderwaterdrainage verkend. http://www.veenweiden.nl/tag/onderwaterdrainage/
In het Nationaal Waterplan (2009) is aangegeven dat de peilstrategieën uit de Nota Ruimte onverkort worden voortgezet en dat deze een centrale plek vormen in de gebiedsgerichte aanpak van de veenweidegebieden:
- Bij voorkeur volledige vernatting voor delen van de veenweidegebieden waar een zeer sterke bodemdaling optreedt. Dit kan een verandering van het grondgebruik met zich meebrengen;
- Voor delen met een sterke bodemdaling is een drooglegging van ca –40 cm gewenst. Voor delen kan dit leiden tot extensivering van het grondgebruik. Extensieve veeteelt met veel ruimte voor weidevogels is hier mogelijk;
- In delen met een matige bodemdaling kan een drooglegging van –60 cm worden gehandhaafd;
- Er worden geen eisen aan de waterpeilen gesteld waar het veenpakket zo dun is dat maatregelen geen effect meer hebben.